Bomen

Bij sierbomen heeft men terug de mogelijkheid tussen 2 stamhoogtes.

Halfstam sierbomen hebben een stam van ongeveer 1m30 hoog en de hoogstam sierbomen hebben een minimale hoogte van 1m80 tot 2m20. 

Onder de sierbomen heeft men bladverliezende soorten en bladhoudende soorten. Sommige sierbomen zijn meer geschikt voor de kleinere tuinen, andere sierbomen zijn dan eerder voor de grotere tuinen, omdat deze sneller groeien, waardoor deze hoger en breder zullen uitgroeien.

Deze bomen hebben een stamhoogte tussen de 1m80 en 2m20. Ze hebben steeds een bolvormige kruin. De ene variëteit groeit al breder uit dan de andere. Sommige bolvormige sierbomen dienen jaarlijks gesnoeid te worden, andere hoeven dan weer amper bijgesnoeid te worden. De traaggroeiende bolvormige sierbomen zijn wel iets duurder dan de snelgroeiende.

Dit zijn bomen die van onderaan al vertakt zijn en zuilvormig naar boven toegroeien. Deze worden vooral gebruikt langs opritten, lange lanen of worden per 3 stuks in driehoeksverband aangeplant.